Levensloopbestendig wonen in Oost-Brabant

Editie: 29 - Artificial Intelligence in the Built Environment

Published on: 21 december 2021

Veel senioren wonen gemiddeld ruim. Vaak nog in het huis waar ze ooit met hun kinderen woonden, maar inmiddels met zijn tweeën of zelfs alleen.

Bouwen voor senioren gaat niet alleen over bouwen voor senioren, maar ook over bouwen aan brede maatschappelijke welvaart voor iedereen. Het onderwerp verdient meer aandacht, samenwerking en actie. Van ons allemaal.

1. Inleiding

Voor de regio Oost-Brabant onderzocht Rabobank dit voorjaar hoe de woonbehoefte tussen nu en 2040 verandert en wat dit betekent voor de toekomstbestendigheid van de woningvoorraad. Net als in de rest van Nederland kunnen starters en alleenstaanden in deze regio moeilijk een woning bemachtigen. Als het ze al lukt, is die woning vaak klein en duur. Aan de andere kant bezitten senioren vaak een relatief grote woning. Voor een toekomstbestendige woningmarkt zou het goed zijn als de doorstroming beter op gang komt. Gerichter bouwen voor 65-plussers is daarbij het devies.

Samen met onderzoeksbureau HEVO (HEVO, 2021) heeft Rabobank daarvoor een kwantitatieve analyse uitgevoerd en hebben rondetafelgesprekken plaatsgevonden met lokale publieke en private partijen uit de wereld van bouwen, wonen en zorg. Deze analyse heeft waardevolle inzichten opgeleverd, niet alleen voor de regio Oost-Brabant, maar voor Nederland in het algemeen. In dit artikel delen we onze belangrijkste inzichten.

 

2. Nationale opgave wonen en zorg

Er is veel mis met onze woningmarkt, zoals te weinig aanbod, sterk stijgende woningprijzen en stagnerende nieuwbouw. Vooral jongeren en starters op de woningmarkt hebben het nakijken. Als zij al een woning kunnen vinden, is die vaak klein en duur. De overheid probeert met allerlei maatregelen de toegang tot de woningmarkt voor starters te verbeteren. Zo is de overdrachtsbelasting voor starters afgeschaft en hanteren veel gemeenten een zelfbewoningsplicht, waardoor beleggers buiten spel worden gezet. Hoewel de maatregelen goedbedoeld zijn, zijn ze vaak niet meer dan symptoombestrijding. Ook hebben ze vaak averechtse effecten, zoals prijsstijgingen (FD, 05-05-2021). In elk geval lossen ze het woonruimtetekort niet op.

Over dat woonruimtetekort moeten we eerst een misverstand wegnemen. Kijkend naar de problemen van starters ontstaat misschien het idee dat we in Nederland heel klein en heel duur wonen. Maar gemiddeld genomen wonen Nederlanders heel ruim en best betaalbaar (De Correspondent, 17-05-2021). We komen dus niet zozeer woonruimte tekort, maar de beschikbare ruimte is ongelijk verdeeld. Vooral veel senioren wonen gemiddeld ruim. Vaak nog in het huis waar ze ooit met hun kinderen woonden, maar inmiddels met zijn tweeën of zelfs alleen. Een kwart van de vitale ouderen (55-75 jaar) geeft aan best te willen verhuizen (ABF, 2021) en toch verhuizen ze maar weinig Jaarlijks nog geen 5%. Hun woning en woonomgeving bevallen vaak uitstekend en de woonlasten zijn doorgaans laag. En ja, met het ouder worden, worden dingen als traplopen en tuinonderhoud wel wat lastiger gevonden, maar niet lastig genoeg.

Hier valt veel maatschappelijke winst te behalen. In de eerste plaats voor ons zorgstelsel. Doordat ouderen mede door extramuralisering langer zelfstandig thuis wonen doen zij vaker een beroep op professionele zorg op afroep. De zorgsector kampt met een oplopend personeelstekort en bovendien is zorg aan huis bij mensen die verspreid wonen inefficiënt en duur. We moeten daarom een groeiend beroep doen op zorg en ondersteuning door familie, vrienden en mantelzorgers (SCP, 2021). Niet iedereen heeft zo’n netwerk en in veel landelijke gemeenten vergrijst dat netwerk sterk. Wanneer ouderen meer geclusterd wonen, kan de zorg efficiënter ingericht worden. Naast lagere zorgkosten bieden gemeenschappelijke woonvormen vaak meer sociale controle en hulpbereidheid en zo een lagere kans op eenzaamheid onder ouderen. Naast voordelen voor het zorgstelsel, is een tweede maatschappelijke bate doorstroming op de woningmarkt. Meer passende huisvesting voor senioren kan een verhuisketen op gang brengen, waar andere doelgroepen –zoals starters- van zullen profiteren.

 

3. Waarom zou je willen verhuizen?

Belangrijke vraag is dus wat ouderen beweegt om eventueel te verhuizen. Voordat we daar verder op ingaan eerst wat regionale data. De vergrijzing in de regio Oost-Brabant[1] volgt min of meer het landelijke beeld: van ongeveer 20% 65-plussers nu tot ruim 25% in 2040. In wat meer landelijke gemeenten –zoals Valkenswaard en Waalre- ligt dat percentage fors hoger (boven de 30%). Ook het aantal 65-plus huishoudens groeit de komende jaren hard in Oost-Brabant. Deze groep neemt met circa 55.000 toe tot 200.000 huishoudens.

Opvallend veel 65-plussers in Oost-Brabant (75%) bewonen een eengezinswoning. Zelfs onder 85-plussers is dat aandeel nog 57%. Ook wonen zij behoorlijk ruim: meer dan 50% beschikt over een woonoppervlak van meer dan 120 m2. We noemden al dat veel mensen daar waarschijnlijk naar tevredenheid zullen wonen. Ook bouwtechnisch zijn veel eengezinswoningen in Oost-Brabant prima geschikt om oud in te worden. Ze zijn al levensloopbestendig of met een kleine investering (in bijvoorbeeld een traplift of een slaap- en badkamer op de begane grond) levensloopbestendig te maken.

Waarom zouden mensen hun royale, goedkope en in theorie ‘geschikte’ woningen verruilen voor iets anders? Met andere woorden: wat zijn mogelijke verhuismotieven? We noemden al het onderhoud dat gepaard gaat met een groot huis en grote tuin. Ook geldt dat veel woningen op plekken staan die ‘minder geschikt’ zijn voor senioren. Als definitie geldt een loopafstand van maximaal 500 meter tot een supermarkt, huisarts, apotheek en OV. In Oost-Brabant woont gemiddeld 52% van de senioren in een ongeschikte omgeving. Dat ligt al boven het landelijk gemiddelde, maar in de meer rurale gemeenten ligt het percentage nog veel hoger, zoals in Reusel-De Mierden (76%) of in Sint-Michielsgestel (70%). Naarmate mensen ouder worden, zal de omgeving dus steeds vaker ‘knellen’.

Maar het belangrijkste verhuismotief voor ouderen is de zorgbehoefte. Uit onderzoek van WoON2018 blijkt dat naarmate men ouder wordt men meer waarde hecht aan zorg- en gezondheidsdiensten (ABF, 2021). Vooral 75-plussers verhuizen vaak (65%) primair vanwege hun zorgvraag of gezondheid.

 

4. Kunnen we mensen verleiden?

Hoe kunnen we de verhuismobiliteit onder oudere huishoudens verhogen, zodat meer ouderen gezond oud kunnen worden in een geschikte woning én woonomgeving? De hiervoor genoemde verhuismotieven –onderhoud, afstand tot voorzieningen en zorgvraag- zijn push-factoren. Daarnaast kunnen we ook kijken naar pull-factoren: wat moet een nieuwe woning bieden om aantrekkelijk gevonden te worden?

Het aantal woonconcepten voor ouderen neemt toe, al dan niet met verschillende gradaties van zorg. Denk aan zelfstandige patiowoningen en appartementen, maar ook aan woonzorgcomplexen en woongroepen waar in meer of mindere mate zorg wordt geleverd. Uit ons onderzoek bleek een toenemende vraag van senioren naar kleinschalige en geclusterde woonvormen, zoals hofjes. En dan het liefst met een gezamenlijke woonkamer, met de belangrijkste voorzieningen in de buurt en met zorg dichtbij. Die zorg kan geboden worden door een professionele organisatie, zoals een zorgorganisatie . Maar soms ook door ouderen onderling. Dat zien we bijvoorbeeld in wooncoöperaties waarin gelijkgestemde ouderen samen een woonproject realiseren. Vaak zonder formele zorgcomponent, maar met veel sociaal contact en oog voor elkaar (Rabobank, 2021).

Hoewel ouderen natuurlijk verschillende wensen hebben, komen uit dit onderzoek drie generieke voorkeuren naar voren die belangrijk zijn voor hun woonkeuze:

  1. Connectie met anderen: Veel ouderen staan open voor een zekere mate van ‘gemeenschappelijk wonen’. Dat verhoogt het gevoel van veiligheid en vermindert de kans op eenzaamheid. Het kan gaan om volledig zelfstandige woningen met daarbij ook collectieve ruimten voor gezamenlijke activiteiten. Hier ontstaan sociale contacten vaak als vanzelf; zeker bij nieuwbouw. En als mensen ernaartoe verhuizen als ze nog fit zijn, kunnen ze nog goed in zo’n nieuw sociaal netwerk investeren.
  2. Geen associatie met zorg: De meeste mensen willen geen huisvesting waar wonen en zorg automatisch aan elkaar zijn verbonden. Wel willen ze zorg kunnen afnemen, wanneer dat nodig is. Bovendien willen mensen liever niet met termen als oud en zorgbehoevend geassocieerd worden. Een vaste combinatie van wonen en zorg schrikt veel mensen af, zelfs als ze wel een duidelijke zorgvraag hebben.
  3. Menging van leeftijden: Veel ouderen staan nog midden in de samenleving en willen niet uitsluitend door ouderen omringd worden. Ze geven de voorkeur aan een buurt waar ook jongere mensen wonen. Of ze kiezen voor seniorenwooncomplexen met activiteitenprogramma’s en/of voorzieningen die ook jongere buurtbewoners aantrekken. Het mengen van leeftijdsgroepen bevordert bij alle betrokkenen het community-gevoel.

 

5. De opgave samen ter hand te nemen

Dit onderzoek voor de regio Oost-Brabant heeft een aantal opvallende inzichten gebracht. Het aantal ouderen in de regio neemt fors toe en zij spelen een belangrijke rol in de doorstroming. Die doorstroming komt moeizaam op gang. Veel ouderen bewonen een woning die levensloopbestendig is of relatief eenvoudig kan worden aangepast. Bovendien is er te weinig verleidelijk alternatief woningaanbod. Om ouderen toch te verleiden moeten we oog hebben voor zaken die voor hen relevant zijn. Vooral hun toekomstige zorgbehoefte geldt als belangrijk verhuismotief.

We hebben alle stakeholders nodig om voldoende geschikte woningen op de juiste locaties te krijgen. Overheid, projectontwikkelaars, woningcorporaties, zorgverzekeraars, zorgorganisaties, maar ook banken. We zien drie gezamenlijke opgaves:

  1. Agenderen: Het vraagstuk moet bij alle partijen hoger op de politieke en maatschappelijke agenda. Ook moet het hoger op de persoonlijke agenda van mensen. We moeten allemaal eerder nadenken over onze op termijn gewenste woonsituatie, zodat we niet pas verhuizen als fysieke of mentale beperkingen ons daartoe dwingen. Want dan valt er niet veel meer te kiezen. Het onderwerp lijkt nu nog vaak een taboe. Zeker onder senioren zelf, zolang het in de sfeer van ‘zorg’ blijft hangen.
  2. Verbinden: Toekomstbestendig wonen voor ouderen is een breed en complex thema. Het raakt twee domeinen – wonen en zorg- die nog erg gescheiden zijn. Alleen samen kunnen we iets veranderen. Van zorgorganisaties, verzekeraars, banken, ontwikkelaars en beleggers tot gemeenten, provincies, woningcorporaties, architecten en niet in de laatste plaats de bewoners zelf. Het vereist van mensen om buiten het eigen directe werkterrein te denken en gedeelde belangen te zien.
  3. Bouwen: Alleen als we gerichter woningen bijbouwen, hebben we meer passende huisvesting voor ouderen (nu en straks) met voldoende voorzieningen in de buurt. Er gebeurt nu te weinig en het gaat te langzaam. Mensen blijven zitten waar ze zitten en de doorstroming stokt. Zodra de zorgvraag onvermijdelijk is, geeft dit enorme problemen. Zowel aan de kant van het wonen als de zorg.

Bouwen voor senioren gaat dus niet alleen over bouwen voor senioren, maar ook over bouwen aan brede maatschappelijke welvaart voor iedereen. Het onderwerp verdient meer aandacht, samenwerking en actie. Van ons allemaal. Niet alleen in Oost-Brabant, maar op heel veel plekken in Nederland.

[1] In ons onderzoek verstaan we onder de regio Oost-Brabant Asten, Bergeijk, Best, Bladel, Boekel, Boxtel, Boxmeer, Cuijk, Deurne, Eersel, Eindhoven, Geldrop-Mierlo, Gemert-Bakel, Grave, Heeze-Leende, Helmond, Laarbeek, Meijerijstad, Mill en Sint Hubert, Nuenen Gerwen en Nederwetten, Oirschot, Reusel-De Mierden, Someren, Son en Breugel, Sint Anthonis, Sint-Michielsgestel, Uden, Valkenswaard, Veldhoven, Waalre.

Bronvermelding

ABF (2021) Monitor Ouderenhuisvesting 2020.

De Correspondent (17-05-2021) Over deze oplossing voor de woningnood hoor je nooit iemand.

FD (05-05-2021) Maatregel kabinet heeft averechts neveneffect op kansen van starters.

HEVO (2021) Onderzoek Seniorenhuisvesting Oost-Brabant. In opdracht van Rabobank Eindhoven (niet openbaar).

Rabobank (2021) Erfdelen is een mooie bloem in het boeket met seniorenwoningen.

SCP (2021), Passende zorg voor ouderen thuis.

Mail the editors